Tijdens mijn intensieve voedselveiligheidsinspecties bij de vier grootste Pangasius verwerkers in Vietnam in 2010 heb ik mij verbaasd over het verschil tussen theorie en praktijk op het gebied van de regels voor voedselveiligheid.
Kritiek leveren op de algemene kwaliteit van Pangasius vis zelf is zo’n beetje het makkelijkste dat er bestaat.
Het is een vis die:
· Bleek vlees bevat
· Waterige textuur heeft
· Lage voedingswaarde heeft
· Volkomen smakeloos is of naar modder smaakt
· Verontreinigd kan zijn met jungle herbiciden
· Er lelijk uitziet met die naar beneden kijkende lodder ogen
Etc.

Pangasius in de afvalbak van een verwerkingsbedrijf ziet er bijna mooier uit dan wanneer deze vis nog leeft.
Hoe kan het beter?
Dat het een goedbedoeld rommeltje is met de voedselveiligheid aan de andere kant van de aardbol willen de meeste consumenten gewoonweg niet weten. Ik durf zelfs te beweren dat de supermarkten denken dat zij gecertificeerde vis kopen. Laten ze zelf maar eens goed kijken ter plaatse.
Desondanks som ik de verbeterpunten op voor de Oosterse voedingsmiddelen sector en die van de tropische aquacultuur in het bijzonder:
1. Zorg voor goede scholing van de medewerkers.
Door de onstuimige groei van de Pangasius sector is het scholingsniveau van de medewerkers van zowel de productie als de kwaliteitsmedewerkers tot een minimum niveau gedaald. De jungle vijvers worden weliswaar bevolkt door uitermate vriendelijke mensen die wel de samenstelling van het Nederlandse voetbalelftal kunnen opnoemen maar niet gehinderd worden door enige kennis op gebied van voedselveiligheid. Dit kan vanuit het Westen snel opgevijzeld worden. Naar schatting zullen er een 200 manjaren werk in zitten om dit in te halen
2. Geef een schoonvis verklaring uit.
De westerse consument heeft recht op schone vis. Door iedere partij een officieel certificaat mee te geven dat het 100% schoon is (vrij van residuen van fungiciden, pesticiden, herbiciden, antibiotica, bacteriociden, dioxines, pcb’s en zware metalen bijvoorbeeld) kan de Nederlandse consument behoed worden voor onvrijwillige vergiftigingen. Ga voor het Nederlandse HACCP certificaat. Ook wel Dutch HACCP genoemd
3. Neem een boeteclausule op in de leveringscontracten.
Dan pas wordt de handel schoon als de producent vrijwillig accepteert dat zij voor alle kosten van analyses, hercontroles en vernietiging van de partij opdraait, mocht er iets inzitten wat de koper niet in het contract heeft opgenomen
4. Laat onafhankelijke maar vooral deskundige inspecteurs toe in de bedrijven die onaangekondigde controles kunnen uitvoeren.
De kosten worden door de producenten betaald uiteraard
5. Kweek de vissen in betonnen of kunststof vijvers.
Zo wordt voorkomen dat de zware metalen die van nature in de kleibodem zitten in Zuid Oost Azië in de vis terechtkomen
6. Spreek de waarheid over de werkelijke toestand van de aquacultuur.
De Westerling wordt vaak om de tuin geleid met hoera propaganda met licht communistische karaktertrekjes. Transparantie ofwel kritische zelfreflectie opent altijd de deur tot hulpverlening.
7. Accepteer overheidshulp
En vooral van Westerse universiteiten waarvan Wageningen zelfs een eigen leerstoel heeft op het gebied van aquacultuur.
8. Maak de sector transparant.
De geheimzinnigheid die in vele Aziatische directiekamers heerst is rampzalig voor de sector. De Westerse importeurs willen vaak hier niets van weten en accepteren maar al te graag de containers zoals die in Europa aangeland wordt. ‘ No questions asked’ , heet het dan.
9. Maak werk van de traceerbaarheid.
Nergens heb ik zo’n onduidelijk en warrig traceerbaarheidssysteem gezien als in Vietnam. Op papier klopt het allemaal en in de verwerkingsfabriek wellicht ook. De puinhoop zit hem in de vrije handel van vissenvoer en uiteraard de junglevijvers zelf.
10. Ga weer rijst verbouwen.

Rijst zal na 2011 weer interessant worden. Vooral als er GMO rijstrassen verbouwd worden. Die hebben minder water nodig en wellicht iets minder bestrijdingsmiddelen. Dit is altijd een gezonder alternatief voor de Panga.
De verwachting is dat rijstproductie een veel grotere prioriteit gaat krijgen om de bevolking in die streken te voeden. Ik voorspel dat dit binnen 5 jaar een nijpend probleem wordt. Vietnamezen weten als geen ander hoe lucratief is om hun rijst te exporteren naar Thailand. Daar wordt het omgelabeld tot de veel duurdere ‘Siamrijst’. Dat gebeurt al tientallen jaren naar verluidt.
Ik vrees dat er heel wat water door de Mekong moet stromen, eer er een lampje gaat branden.
Er brandt dus misschien licht aan het eind van de Aziatische Pangasiustunnel?
It’s a light ploblem!