1608 Voedingsmiddelentechnologie, het mooiste vak!

Wat doet een voedingsmiddelentechnoloog precies?
Dat is iemand die verstand heeft van fabricageprocessen van voedingsmiddelen en alles wat daar omheen hangt. Zowel van de technieken die toegepast worden moet de technoloog, zoals wij die verkort noemen, ook verstand hebben als van de product technologieën. De technoloog heeft vijf doelstellingen waarmee hij zich nuttig moet maken en waarvoor hij vorstelijk betaald wordt.

  • Product moet goedkoop zijn
  • Moet lekker smaken
  • Moet nog mooi uitzien ook
  • Mag niet schadelijk zijn voor de gezondheid
  • Moet lang houdbaar zijn

Dit is ook de reden waarom sommige producten veel meer ingrediënten bevatten dan je denkt. Het oer Hollandse product zoals boerenkool met worst bevat maar liefst 30 ingrediënten.

Een beetje voedingsmiddelentechnoloog snapot direct welk gevaar schuit in dit plaatje. Dit wordt op school niet geleerd.

Een beetje voedingsmiddelentechnoloog snapt direct welk gevaar schuilt in dit plaatje. Dit wordt op school niet geleerd.

De voedingsmiddelenindustrie is in zes hoofdsectoren onder te verdelen:

  1. Zuivelindustrie
  2. Vlees en visverwerking
  3. Groenten en fruit verwerking
  4. Bakkerij en zoetwaren
  5. Dranken
  6. Bakkerij en zoetwaren

Daarnaast zijn er ondersteunende vakgebieden waar een technoloog zich ook mee bezig kan houden:

  • Voedselveiligheid en kwaliteitszorg
  • Voeding en gezondheid
  • Levensmiddelen microbiologie en chemie
  • Marketing
  • Productiemanagement
  • Productontwikkeling

Hoe zit het met de kwaliteit van het onderwijs?
Iedere keer als ik hierover begin vind ik mijzelf weer een beroepsmopperaar die alleen maar kan praten over hoe goed het vroeger was. Het leuke is dat het nog waar is ook. Dat van vroeger bedoel ik.

De scholen moeten zorgvuldig omgaan met de schaarse humor die er nog aanwezig is. Dit opleidingsinstituut weet wat marketing is

De scholen moeten zorgvuldig omgaan met de schaarse humor die er nog aanwezig is. Dit opleidingsinstituut weet wat marketing is en timmert goed aan de weg

De huidige HBO opleidingen zijn uitermate zwak begaafd als het op voedselveiligheid en wetgeving aankomt. Er vinden zoveel snelle veranderingen in inzichten in voedselveiligheid en wetgeving plaats, dat het voor een doorsnee docent heel lastig is om actueel te blijven. Tel hierbij nog een flinke dosis, welhaast genetisch bepaalde ambtelijke luiheid op en de rampenformule is weer aardig compleet. Dit heeft tot gevolg dat de schoolverlaters van het MBO en HBO dramatisch weinig kennis van de regelgeving en voedselveiligheidsschema’s hebben. En dat is nu juist een kennisgebied waar de bedrijven om zitten te springen. Het lijkt wel of de leerlingen geheel aan hun lot worden overgelaten en maar moeten uitzoeken wat zij zelf willen leren. Hoe is dit nu mogelijk als je nog niets van het vakgebied afweet? Een student moet een overzicht hebben wat er allemaal op school te koop is en daaruit een goede keuze maken. In de praktijk begint het echte leren pas, want de werkgever ziet dan dat de pas afgestudeerde veel kent maar niets kan.
Gelukkig is er de opleiding ‘Praktijktoepassingen in de Voedingsmiddelentechnologie’ waar veel schoolverlaters ook gebruik van maken.

Praktijktoepassingen voedingsmiddelentechnologie

Wat zijn de verbeterpunten voor het huidige HBO onderwijs voedingsmiddelentechnologie?

  • Verplicht vakdocenten voedingsmiddelentechnologie om jaarlijks studiepunten te behalen waarmee hij kan aantonen dat hij zijn vak bijhoudt. Een diëtist, notaris en tandarts moet dit ook doen, anders verliest hij zijn bevoegdheid.
  • Stel een klankbordgroep in die een representatieve samenstelling heeft vanuit de hoofdsectoren.
  • Zorg voor een actievere stagebegeleiding. Geef de docent hiervoor genoeg uren zodat hij niet vanachter een stoffig bureau de zaken begeleidt. Dit noem ik studentenmanagement. Dit kost veel tijd, net als managementtaken in het bedrijfsleven.
  • Stel een jaarlijks een olympiade in waarbij studenten van verschillende opleidingen tegen elkaar vechten om de hoofdprijs. Een of andere ‘Gifmengers award’.
  • Werk meer samen met de alumniverenigingen. Die hebben de kennisdragers in hun ledenbestand zitten waar de school zo makkelijk op een schalkse manier van kan profiteren.
  • Het zal niet makkelijk zijn om de hard geworden klei van een bestaand docentenbolwerk weer zacht te maken om dergelijke koerswijzigingen voor elkaar te krijgen.

Ik stel voor om de volgende lijfspreuk in de docentenkamers te hangen:

“Zonder moeite ben je minder voldaan”

Geef een reactie