IJsbrand Velzeboer

Voedingsmiddelentechnoloog. Afgestudeerd: 1978

Directeur eigenaar sinds 2000

Na afronding van de studie voedingsmiddelentechnologie in Bolsward ben ik mijn loopbaan begonnen in de machinebouw. Kort daarna een stap gemaakt naar de kwaliteitsbewaking van een petfood bedrijf. Van HACCP hadden wij toen nog nooit gehoord. Wij verzonnen een eigen GMP en moeizame kwaliteitsprocedures. Na 6 jaar weer overgestapt naar de apparatenbouw voor de voedingsmiddelenindustrie tot 1 januari 2000. Als area- en exportmanager veel gereisd en geleerd hoe in de wereld met voedsel omgegaan wordt. Tegen het eind van de vorige eeuw voelde ik mij gespecialiseerd in de pekel injector technologie. Bij veel klanten werden recepturen ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het eindproduct zoveel mogelijk vocht kon vasthouden. Voor een voedingsmiddelentechnoloog een luilekkerland.

Hoe het allemaal begon in 1971
Op weg naar een open dag op de HAS in ’s-Hertogenbosch verdiepte ik mij in de trein in het vakblad Voedingsmiddelentechnologie, destijds uitgegeven door Noordervliet. Ik snapte geen moer wat daar allemaal in stond. Zo las ik een artikel over retrogradatie in brood. Ik dacht dat het een kunststroming was maar het bleek een ingewikkelde uitleg over gewoon het oud worden van brood. Een ander artikel ging in op de organische chemie van aromastoffen en een laatste artikel herleidde de formule voor de lethaliteitsberekening bij het steriliseren van doperwten alsof het de gewoonste zaak van de wereld was.

Op de Urker kotter PD147 heb ik gelukkig de nodige zeereizen mogen meemaken. De urkers hebben diepe indruk op mij gemaakt en mij veel genot opgeleverd. Roken aan boord is geen probleem bij de vissers. Ik kan er lustig op los stomen met mijn favoriete tabakssoort. ‘Schipperstabak’

Mijn vader had mij naar deze open dag gestuurd omdat hij ook inzag dat mijn wens om tandheelkunde te gaan studeren verder weg leek dan ooit omdat ik de HBS niet afrondde. Ik moest maar een of ander technisch vak gaan kiezen. Op school aangekomen trof ik een vrolijke Brabantse bende aan waar leerlingen elkaar uitscholden voor allerlei bacteriesoorten. ‘Joop leuconostoc’  was de slijmbal van de klas en ‘Keesje plantarum’ de zuur kijkende stille klasgenoot. ’s-Avonds in de sociëteit gingen de praktijklessen gewoon door met het testen van een mooi technologisch product. Bier! Ik was verkocht. Ik moest en zou alles leren van dit mooie vak en had mij voorgenomen om de school ‘op te vreten’. Dat is mij aardig gelukt want ik heb zowel Den Bosch als Bolsward op moeten vreten daar ik voortijdig verwijderd werd uit het Brabantse paradijs en in het mooie Friesland de studie afgemaakt.