927 De VC reis, de voorbereidingen.

In april 2009 heb ik een studiereis gemaakt naar een warm plekje op deze aarde. Dicht tegen de evenaar en in een plaats waar geen Nederlands gesproken wordt. De inwoners zien er iets anders uit. Ze dragen vreemde hoeden en hun ogen staan wat vreemder in hun hoofd als bij ons. Het eten met mes en vork is hun vreemd en zij hebben een grappig ‘splaakgeblek’.

Vietnam is aan de beurt om eens technologisch doorgelicht te worden en de aquacultuur kan op mijn bijzondere aandacht rekenen.

De aanleiding is eigenlijk de opmerking van de schipper van de PD 147, Jan de Boer die mij ooit zei: “Zeg Velzevis, kun je niet es ’n stukkie schrijven over die import rotsooi?” Nou dat heb ik geweten. Eerst maar eens een droge analyse gemaakt over de voedselveiligheidsrisico’s van de tropische aquacultuur. Een nieuw woord was snel uitgevonden: “Aziatische prutvis”. Daar is Google voor om dit te controleren. Er komt een ander nieuw woord aan: Pangaprutput.

Lachen.

Snel kom je dan enige leuke dingen tegen die wij nu gaan doornemen.

Het medisch dossier

Net even bij mijn huisarts Jan geweest om allerlei tegengiffen op te halen. DTP en Hepatitis A t/m Z had ik gevraagd. Hierop zei Jan mij dat Hepatitis voor mij geen zin heeft (!) want ik heb al antistoffen. Al bladerend door het medisch compendium van tropische ziektes kwam hij wel een leuke inenting tegen: Encefalitis veroorzaakt door de Japanse Kraanvogel. Humor! Dan lijd ik aan Japanse Kraamvrouwenkoorts zullen we maar zeggen. Dan word ik toch nog een medisch interessant geval.

Dan kan een of andere medische snotneus op mij promoveren.

Serieuzer is natuurlijk de kans op malaria. Die vieze pillen zal ik moeten slikken. Dit is altijd een mildere straf dan Panga op je bord krijgen.

In ieder geval neem ik royale hoeveelheden Norit en Entosorbine mee. Ik kan dan met volle teugen van de lokale keuken genieten. Straks groeien me de ogen ook nog scheef in de kop.

De contacten

Snel vanuit de vissenvoer sector en certificeringstraject contacten gelegd. Het lab wilde precies weten waar ik heen ging, hoe laat en met wie ik contact zou hebben. Dit is juist de lol. Ik maak geen afspraken vooraf. Ik wijk nadrukkelijk af van iedere mogelijke vooraf bekokstoofde afspraak of toeristische route. Ik zal me ter plaatse wel melden.

Het lab wilde ook wel een ‘gids’ regelen. Kost slecht $ 600,00 per dag. Een koopje! Voor dat geld regel je een ‘vrouwelijke assistent’, ofwel een woordenboek met lang haar voor een hele week. Ik kan ook voor veel minder geld een loempiabakker uit Nederland een week meenemen. Kan hij ook zijn familie eens bezoeken. Ik kan maar geen keus maken.

De taal

Het grote voordeel van Vietnam is dat hun van oorsprong Chinese taal door de Franse kolonisten op redelijk brute wijze is omgevormd naar het latijnse schrift. Je kunt tenminste de borden lezen. In China is het even wat anders. De oude generatie spreekt daadwerkelijk nog Frans. Die houden zo van de goede oude rottijd. Ik ben wel van plan om snel wat Vietnamese klanken te leren. Woordenboek is inmiddels besteld. Of ik moet dagelijks loempias bij Nguyen gaan eten. Bij zijn kraam pik je altijd wat oosterse klanken op.

“Asseblief”

“Hete saus baai?”

“Ze zijn superllekkel meneel”

En nog veel meer.

Wordt vervolgd.