Op 11 juni 2007 al een column aan gewijd. In die tijd was de stroom Poolse loodgieters en andere bouwvak kunstenmakers zo’n beetje op haar hoogtepunt. Het kon niet uitblijven of de hooggeschoolde Pool zijn opwachting komt maken luidde mijn stelling destijds. Op 8 juli 2011 studeerde de eerste Pool bij mij af via de LSBL applicatie cursus voor voedingsmiddelentechnologie. Dit sluit rechtstreeks aan op de schrijnende behoefte die de voedingsmiddelenindustrie heeft aan geschoolde vakmensen. Denk daarbij het legendarische gemodder van het middelbaar en hoger beroepsonderwijs en de import van een allochtone technoloog is dan snel een feit dat enigszins verlichting biedt aan deze krapte.

Robert Ciechonski is hard aan het nadenken tijdens het eind examen van de LMT opleiding. Zijn technologische kennis van de producten die voor zijn neus staan wordt getoetst. Hij heeft op 8 juli zijn diploma in ontvangst mogen nemen. Proficiat!
Waarom is er zo’n tekort aan vakkundig opgeleid personeel?
Er studeren te weinig af of datgene dat afstudeert voldoet niet aan de verwachtingen van een toekomstig werkgever. De tegenwoordige studies dragen hele fraaie Engelse namen zodat je bijna in een Hollywood show waant. Deze marketing luchtbellen zijn door de industrie genadeloos doorgeprikt en men zoekt nu zelf naar oplossingen.
Waarom zijn de scholen zo gebrekkig?
In de tijd dat mijn opa leefde en een school runde (1930) werd zwaar gelet of de leraar zijn vak beheerste. In onze moderne tijd is dezelfde docent volledig kopschuw gemaakt voor de praktijk en het bijhouden van zijn of haar vakkennis wordt een beetje aan het toeval over gelaten. Daarbij komt nog dat iedereen denkt dat een leraar wel 25 weken vakantie heeft en er makkelijk veel taken erbij kan doen. De desinteresse en wellicht een beetje ingebakken luiheid maken deze rampenformule compleet. Er is zelfs bij mij een geval bekend dat iemand naar een Hogeschool gaat, voor een deeltijd studie puur om het papiertje te behalen en de feitelijke opleiding bij Scienta Nova gaat volgen en die vervolgens uit eigen zak betaalt. Te schandalig voor woorden. Scholen die scheepsladingen aan subsidies binnenharken en nauwelijks een prestatie daar tegenover zetten. De onderwijsinspectie weet ook vaak niet hoe deze opleidingen beoordeeld dienen te worden. Daarvoor is specifieke inhoudelijke vakkennis voor nodig en dat kun je van een inspecterende ambtenaar niet verwachten. De inspecteurs zijn in vaktechnisch opzicht bijna net zo ongeschoold als een beginnend student. Een objectieve beoordeling van het vakgebied is vrijwel onmogelijk. Daarbij zijn de Hogescholen redelijk bedreven in het strooien van zand. In de ogen van de goedbedoelende inspecteurs wel te verstaan.
Waar haalt de industrie zijn vakmensen dan wel vandaan?
Gewoon, uit eigen kweekvijver. Soms lukt het niet en dan is men snel aangewezen op opleidingsinstituten zoals Scienta Nova er een is. Er gaan zelfs weer geluiden op om een bedrijfsschool weer te beginnen. Friesland Foods denkt hier over om dit op te gaan zetten. De cirkel is nu weer lekker rond. In 1905 ontstond ook zo de zuivelschool en een paar jaar later heeft de KNBTB de Hogere Agrarische School in Roermond opgericht.
Hebben wij met museumonderwijs te maken?
De geschiedenis zal zich wellicht herhalen en veel vakdocenten kunnen wat mij betreft het museum in. Mijn kleinkind kan zich er dan later aan vergapen. ‘Opa, wat is dat voor iemand die helemaal onder het stof zit en staat te slapen in die vitrine?’ Ja, jongen die is van het begin van deze eeuw. Kijk, daar staat iets op het kaartje dat om z’n nek hangt. ‘VMWP: Vakdocent Met Weinig Pit’
Huppelend gaan wij na afloop dan naar de friettent. In de hoop een voormalig VMWP-er aan te treffen die het vak enigszins trouw is gebleven.